Beter worden was een optie 

Na de voor ons zo slechte uitslag afgelopen vrijdag volgde er nog een extra onderzoek ten behoeve van de operatie. Uw partner mag er gewoon bijblijven hoor. Een glimlach verscheen op mijn gezicht en ik keek hem aan. Nee, hij gaat wel even naar de gang. Er zijn grenzen, hihi. Het gaf hem gelijk de mogelijkheid om even te gaan bellen in verband met zijn afspraak.

Jeetje, wat had ik het hele weekend een napijn van dat onderzoek. Duwen, voelen, betasten. Hoe ligt de handel en hoe krijgen we het er zo goed mogelijk uit. De pijn in mijn zij is bizar en dit keer heb ik gemakshalve toch maar naar pijnstillers gegrepen.
 

Na het onderzoek kreeg ik nog een bak aan vragen. Mijn hoofd was vol en ik was stuk. Waarom al die vragen, waarom wachten of een lading afspraken inplannen? Ik wil weg, weg, weg. Net zoals ik dit weekend niet thuis wilde zijn. Het huis van mijn vriend was een perfecte locatie.
 

De dokter liep met mij mee naar de kleedruimte. De tranen stroomden over mijn wangen. Ik bleef maar fluisteren: “Yosh, Yosh, hoe moet ik dit vertellen aan Yosh?”. De arts had informatie nodig over erfelijkheid. Komt er bij u in de familie kanker voor? Uhhhhhhhhh, nee volgens mij niet. Zijn er mensen met darmkanker? Waarom vraagt ze dit? Nee, mijn moeder met haar baarmoederhals maar dat heb ik u al verteld. “Wacht”, zeg ik ineens, ”mijn moeder heeft een hersentumor”. Ik zie de dokter schrikken en het was ook een reactie van: “Dat vergeet je toch niet!”. Voor mij is die hersentumor van mijn moeder bijzaak. Hij is namelijk bij toeval geconstateerd toen ze haar onderzochten op dementie. Die dementie vind ik veel erger.